Bevallen met een keizersnede

Als je vóór de afgesproken bevallingsdatum vragen hebt of de bevalling begint eerder, neem dan contact op met de afdeling Verloskunde van het Ouder en Kind-centrum, telefoon (0592) 32 50 90. We zijn 24 uur per dag bereikbaar.

Afspraak op de poli Anesthesiologie

Voordat je wordt opgenomen heb je een afspraak op de poli Anesthesiologie. Hier heb je een gesprek met een anesthesioloog en een anesthesiemedewerker. Zij gaan je lichamelijk onderzoeken en geven uitleg over de verdoving (anesthesie) tijdens de keizersnede.

Om geen pijn bij de keizersnede te voelen, krijg je van tevoren een ruggenprik. Met een ruggenprik wordt het onderste deel van je lichaam verdoofd. Je blijft dus gewoon wakker en kunt de bevalling helemaal meemaken. Heel soms is een ruggenprik niet mogelijk en moet de keizersnede onder algehele narcose plaatsvinden.

Voorbereidingen op de afdeling

• Als het nodig is maken we een echo van je buik om vast te stellen hoe de baby ligt.
• Je wordt aangesloten op een CTG-apparaat, hiermee kunnen we de hartslag van de baby registreren.
• Je krijgt een infuus waarmee we jou voldoende vocht kunnen geven.
• Als je contactlenzen draagt of een gebitsprothese, vragen we je die uit te doen.
• Ook eventuele piercings en andere sieraden vragen we je af te doen. Het is handig om dit thuis al te doen. (Let op: als het nodig is zagen we je ringen door)
• Je mag geen make-up op hebben. Aan je beide handen en voeten moet ten minste 1 nagel vrij zijn van nagellak. Dit om het zuurstofgehalte te kunnen meten met een knijpertje op je vinger.

Tijdens de keizersnede kun je zelf geen foto’s nemen, omdat je beide achter een scherm zit. Dit kan de operatieassistente voor je doen. Nadat de baby geboren is, kan dit uiteraard wel.

Wil je weten wat je mee moet nemen naar het ziekenhuis? Kijk dan op onze website bij 'Wat neem je mee?'.

Afhankelijk van je eigen gezondheid en die van de baby, mag je op de 2e of 3e dag na de keizersnede naar huis. Soms is er voor jezelf of voor de baby reden om langer opgenomen te blijven. Je kunt dan samen langer blijven. 

Complicaties

Iedere operatie brengt risico’s met zich mee, dus ook een keizersnede. De kans op complicaties is gelukkig heel klein.

• Bij elke keizersnede is er bloedverlies. Bij veel bloedverlies kan er bloed­armoede ontstaan. In dat geval moet je ijzertabletten gebruiken, totdat je ijzer weer in aangevuld. Soms is een bloedtransfusie nodig.
• Een enkele keer krijg je na een keizersnede een blaasontsteking.
• Op de plaats van de snee kan een bloeduitstorting ontstaan.
• De operatiewond kan ontstoken raken. Om dit te voorkomen, krijg je tijdens de keizersnede antibiotica.

Weer thuis

Thuis nemen de kraamzorg en de verloskundige van de verloskundigenpraktijk de zorg van het ziekenhuis over. De verloskundige wordt op de hoogte gebracht door de verpleegkundige van het Ouder en Kind- Centrum. De kraamzorg bel je zelf als je weet wanneer je naar huis gaat. Op hoeveel dagen kraamzorg je recht hebt, is afhankelijk van je verzekering.

Controle bij de gynaecoloog

Ongeveer 5 weken na de keizersnede heb je een controle afspraak bij de gynaecoloog. Deze afspraak krijg je mee als je naar huis gaat.

Na een bevalling met een keizersnede heb je meer tijd nodig dan na een gewone bevalling om weer helemaal te herstellen. De operatiewond moet goed genezen. Daarom mag je de eerste 6 weken na de bevalling niet:

• Zwaarder tillen dan het gewicht van je baby.
• Werk doen waarbij je moet rekken of strekken. Dus geen ramen zemen, vloeren dweilen, stofzuigen of de tuin omspitten.
• Na een keizersnede is het advies om minimaal 1 jaar te wachten met een eventuele nieuwe zwangerschap.

Als je een vraag hebt, kun je die stellen via de BeterDichtbij-app.

Heb je een dringende vraag? Neem dan contact op met een medewerker van het Ouder en Kind-centrum:

• Maandag t/m vrijdag tussen 8.00 - 16.30 uur kun je bellen naar de polikliniek Verloskunde: (0592) 32 52 70.
• Voor bevallingen en spoed is de Kraamafdeling dag en nacht bereikbaar: (0592) 32 50 90.

verlos 10 - augustus 2023

Bevallen in het ziekenhuis